donderdag 15 februari 2018

Vive la France,


Hij was één van mijn dikste vrienden die een outdoor bedrijfje runde naast zijn reguliere job, en mij uitnodigde om voor zijn groepen op survivalweekends te koken. Als ik zeg ‘dikke vriend’ dan is daar geen woord van gelogen. Hij was zeker niet het prototype van een survivalmentor met zijn één meter en zeventig centimeter lang en honderddertig kilo leek hij meer op een sumoworstelaar. Dat was al één van de zaken die deelnemers bij het kennismakingsrondje hem meestal verkeerd deed inschatten. Klimmen, abseilen, kanoën en kilometers wandelen tot hij het de deelnemers kon laten duizelen, lieten hem zelf onberoerd. Misvatting twee waren zijn rusturen na een nacht van vier a vijf uur stond hij alweer op om met eieren, speklappen en worsten, zijn sumo-buik op te vullen en op peil te houden. Ik werd aanvankelijk ingelijfd om te koken maar hij vond dat ik talent had om de groepen te instrueren en na een klim en abseil-cursus te hebben gevolgd was ik bevoegd om te onderrichten. 
Ons werkterrein waren de Franse Ardennen, het was niet veel verder dan de Belgische Ardennen maar de klim-bergwanden waren in Frankrijk gratis en ruiger, we waren tenslotte Hollanders…...

Het outdoor bedrijf had verschillende programma’s te bieden zoals: teambuilding, personeel of familie uitjes, kennismakingsweekenden voor scholen en bedrijven enz. De weekenden begonnen op vrijdagmiddag tot de late zondagmiddag en al de buitensport facetten werden daarin geboden. Zoals gezegd mijn dikke vriend kon verrassen en hij wist echt te overleven in de natuur als het moest, zelfs zonder voedsel mee te nemen kon hij je uit de natuur een maaltijd voorschotelen. 
Tijdens natuurwandelingen liet hij de deelnemers kennismaken met kruiden en planten, knollen of paddenstoelen die eetbaar waren. Humorvol kon hij er over vertellen: “ Dit blad van deze plant is zeer goed tegen infecties en zweren” liet hij de groep weten “ En deze bladeren zijn groot genoeg om na het kakken uw kont af te vegen” vervolgde hij dan ” Gebruikt u beiden bladeren tegelijk, dan hebben aambeien geen kans!” met dergelijke educatieve weetjes kon hij de mensen interesseren….

Onze basis was een gemeentelijke camping waarmee hij een deal had gesloten omdat het aantal deelnemers nogal eens varieerden. Achter in de camping was een groot terrein voor ons gereserveerd  zeker in het voorjaar en najaar hadden we een zee van ruimte . Het was een weekend rond Pasen en een vijftiental politieagenten hadden zich aangemeld voor een teambuildingsweekend. Alle zeilen werden bijgezet omdat goed af te wikkelen gezien het klanten potentieel later. Mijn vriend huurde wat extra personeel in en dat was achteraf maar goed ook! Ik hield eigenlijk helemaal niet van kamperen en had er een hekel aan om de nacht op van die dunne matjes door te brengen. Ik begon op zijn aanraden op een matje van 3cm dik maar naar gelang het aantal weekenden schafte hij voor mij dikkere aan …..dus uiteindelijk sliep ik op een normaal matras! Rugklachten dat was mijn valkuil en dat kwam regelmatig voor, dus ik moest nog al eens verstek laten gaan………

Deze maal trof het mij al op de heenreis naar Frankrijk en ik kon de volgende dag nauwelijks lopen. Dat kwam belazerd uit, net nu we misschien voor de toekomst een grote vis konden binnenhalen, het landelijk politiekorps bestaat uit meer dan vijftien man en als het de mannen zou bevallen ….wie weet! Er zat niets anders op! ik zou in het kamp blijven en wat eten voorbereiden. De groep vertrok in de morgen om laat in de middag pas terug te komen. Rond het middaguur reden enkele motoren en een vrachtwagen de camping op. Ons kamp dat bestond uit 6 a 7 tentjes was in een kring opgesteld en daar vlak naast parkeerde de vrachtauto. De vrachtauto bleek een enorme foodtruck te zijn met luifel en bar en veel, heel veel kratten bier. Het bleef niet met enkele motoren ze kwamen met een niet aflatende stroom het terrein achter ons bezetten.
Stoere gasten op dikke motoren. Het was behoorlijk intimiderend ik telde meer dan 120 motoren en alle berijders begonnen hun kamp op te slaan tot tegen in ons niets verdwijnende kampje.
Wat kon ik hier van verwachten? Rugklachten of niet ik strompelde naar de foodtruck en vroeg wie de leider van de groep was? Ik werd verwezen naar een nog dikkere gast als mijn eerder genoemde vriend, die zich had geposteerd in en luie opa stoel die voor de gelegenheid was meegenomen en waarschijnlijk ook als troon diende. Ik vertelde hem dat ik een outdoor bedrijfje had en wat centen wilde verdienen en dat ik derhalve niet blij was met zoals ik het voelde een ongemakkelijke en bedreigende sfeer voor mijn groepje! (zonder te vermelden dat ze uit politieagenten bestonden). Hij ging staan en verzekerde mij met zijn vinger in mijn borst priemend, dat ik nergens bang voor moest zijn, zij hadden een eigen ordedienst en hij liet me kennis maken met de leidinggevende daarvan. Ook deze ‘biker’ verzekerde mij dat als we lastig gevallen zouden worden er door hem zal worden ingegrepen. Met een beetje macho gevoel trok ik mij terug in ons kampje. Ik was toch mooi de confrontatie aangegaan en had geruststellende toezeggingen ontlokt.

Voordat mijn ‘lieve en sympathieke dikke vriend’ en zijn politiegroepje tegen de avond terug kwam was de helft van de ‘bikers’ al bezopen. Onze groep voelden zich totaal niet op hun gemak en mijn vriend en ik hebben er nog al wat tijd aan moeten besteden om ze op hun gemak te stellen. Eten drinken en een kampvuur zal de mannen wel wat afleiding geven. Maar natuurlijk, met zo’n grote groep ‘bikers’ is het ondenkbaar dat ze allemaal in het gareel blijven. De avond viel in en de foodtruck werd gretig bezocht door dorstige en hongerige mannen. Het gevolg van veel drinken is dat de mannen ook veel urineren en velen namen niet de moeite om het toilet te bezoeken. Ze liepen soms door ons kampje omdat daar naast wat bomen stonden die ze veelvuldig bewaterden. De heren agenten begonnen zich er aan te ergeren en dat werd nog erger toen de ‘bikers’ niet eens meer de moeite namen om zo ver te lopen.
Ze pisten waar ze stonden en dat kon ook zomaar tegen een tent van ons zijn. Er was toch iets wat agenten weerhield er wat van te zeggen…Gek hè. Het werd tijd voor mij om de mannen aan te spreken en vroeg audiëntie aan bij de ordedienst, Na uitleg van mijn ongenoegen kwam de orde dienst in actie. Ik ga niet etnisch profileren, Ik heb er een hekel aan om mensen in hokjes te stoppen. Het enige wat opviel was bij hun bezoek aan de foodtruck de voorkeur voor saté, nasi en sambal. Op alle  hoeken van ons kamp werd een ‘bodybuilderbiker’ geplaatst  om ons tegen de wildplassers te beschermen en het kamp ‘biker’ vrij te houden. De geluidsoverlast moesten we maar voor lief nemen. Er werd nog een orde-demonstratie gegeven door de ‘bodybuilderbikers’ toen een dronken ‘biker’ ons kamp wilde doorkruisen. Deze jongeman heeft er de volgende dag niet alleen hoofdpijn van overmatig biergebruik aan over gehouden. De politie greep niet in! Later op de avond werden we overstelpt met heerlijke oosterse etenswaren ter compensatie van de overlast!
De volgende dag was de hele groep al voor tienen weer verdwenen waarvan waarschijnlijk de helft nog dronken ……maar wie gaat deze mannen aanhouden voor een alcoholcontrole. We hadden het kamp weer voor onszelf en het resterende programma werd afgedraaid en met succes.                 

Mijn goede vriend (Ik vond hem lang zo dik niet meer) en ik waren trots op de afloop van dit weekend. Als je in staat bent om een motorbende en politie samen een avond en een nacht kan laten doorbrengen. Dan is dat toch wel het ultieme teambuildingsweekend !


Groet Ferrie 

zondag 11 februari 2018

Sociaal?


’We zullen woensdag eens Skypen! ’ was het Email bericht van mijn broer! Het is dan drie januari en dat zal wel de reden voor hem zijn om ons dan ‘Nieuwjaar’ te wensen en gelijk Ingrid te feliciteren  met haar verjaardag. Hoe ouder je wordt hoe meer herinneringen er boven komen en op deze saaie tweede januari overkomt me dat. Wij waren vroeger als kind erg close ondanks hij vier jaar ouder is. We kwamen van oorsprong uit Zeeland maar door mijn moeders medische omstandigheid (TBC) in Den Haag verzeild geraakt. Een arme boerenfamilie in de stad! Mijn broer (introvert) en ik (extrovert) hadden een verschillende benadering van omgaan met de situatie om als provincie kneuters te overleven in de grote stad. Onze buurt wat een typische volksbuurt waarvan de meeste mensen geen cent te makken hadden! (jaren zestig). We woonden in Spoorwijk en de voorbij denderende treinen op vijftig meter van onze kleine bovenwoning deden je daar om het halfuur aan herinneren…….

Zoals gezegd broers overlevingstactiek was verschillend van de mijne. Ik was degene die de contacten moest leggen met andere buurtkinderen en hij distilleerde daar zijn vriendenkring uit. Met mijn tien jaar oud was ik zijn loopjongen en hij (veertien) al de manager. Hij was vaak de stille leider binnen onze vriendenkring bestaande uit schoolvriendjes en straatschoffies. Straatvoetbal, bordje tik, belletje trekken, verstoppertje en al dat soort spelletjes werd gemanaged door hem, met mij als spreekbuis! Dat laatste niet zonder reden, we waren ons Zeeuws dialect nog niet helemaal kwijt en ik kon beter uitgelachen worden dan toen al ‘Mijnheer de leider’. Ik voelde me niet ondergeschikt voor de dingen die ik voor hem moest doen, hij had altijd wel een beloning in het verschiet in de vorm van Belga-kauwgom of Mars-reep . Geld was er thuis niet en zakgeld al helemaal niet, dus hij verdiende wel eens wat met klusjes en met het helpen van de melkboer of bakker. Hij hield wat van zijn centjes voor zichzelf en het meeste droeg hij af aan ons moeder die ze toen zeer goed kon gebruiken………
Hij was al jong politiek geëngageerd want manipuleren, omkopen, en liegen om bestwil was hem niet vreemd (hij werd zelfs nog raadslid later). Dit alles wel met een sociaal doel voor ogen hoe vreemd dit ook klinkt. Het was in het jaar 1963 toen in Rijswijk een nieuw winkelcentrum (In den Bogaard) werd geopend. Dat was een evenement wat je als straatschoffie niet mocht missen. De inmiddels opgerichte schoffies-club van tien man had zich dan ook voorgenomen om dat feestje op te luisteren onder leiding van juist,…. broer lief. Het feestprogramma vermeldde dat er ballonnen opgelaten werden of uitgestrooid met een vliegtuigje met enveloppen waar zich geld in kon bevinden en daar hadden we kilometers lopen voor over. Er werd afgesproken dat we ons strategisch zouden verdelen en later de eventuele buit bij elkaar op zouden tellen en te gebruiken voor de clubkas. Zoals afgesproken kwamen we na die dropping en festiviteit weer bij elkaar en de gevonden enveloppen werden geopend en warempel het geluk had ons niet in de steek gelaten……..

Zeven en een halve gulden was de buit en dat betekende groot feest voor ons allen en al snel werd besloten het geld te gebruiken om onszelf te trakteren op een halve Hema worstAfbeeldingsresultaat voor hemaworst en flessen Exota limonade.
 Het feest kon niet op en broer lief werd gelouterd voor zijn geweldig sociaal idee om het geld te delen. Na thuiskomst werd het verhaal aan moeders gedaan en zij was verrukt en verrast over de uitkomst van onze missie. Broer lief was na het verslag echter nog niet klaar met verrassen want hij diepte nog een envelop op uit zijn zak met daarin vijfentwintig gulden en overhandigde deze aan ons moeder. De farizeeër had deze gevonden en achtergehouden zonder deze te delen onder de vrienden zoals afgesproken. De andere kant van de medaille was dat hij wist hoe ons gezin moest sappelen om aan geld te komen en ons moeder hier ontzettend blij mee maakte…….

Zijn liefde voor zijn moeder ging ver …heel ver. Het zou te maken hebben gehad dat wij haar twee jaar hebben moeten missen omdat een sanatorium-opname daaraan vooraf was gegaan. Nog een wapenfeit van hem was dat hij een vakantieclub onder de vriendjes oprichtte. De bedoeling was dat we met zijn allen de zomer van het volgend jaar zouden gaan kamperen in een eigen gemaakte hut in de bosjes langs het treinspoor. Het plan wat uitgedacht was door broerlief omhelsde om alvast te gaan sparen die winter, in de vorm van houdbaar voedsel om de kosten van het kamperen zo laag mogelijk te houden. Een plek onder ons stapelbed werd hier voor ingeruimd en de vriendjes werden uitgenodigd om allerlei conserven in te leveren in de vorm van bonen, appelmoes, jam, worsten, koek en ga zo maar door. Dit alles werd geïnventariseerd, genoteerd en in dozen bewaard. Zelfs enkele  voorwerpen zoals een zaklamp en stripverhalen, ook nog een exemplaar van het toen zeer omstreden erotisch magazine de ‘Lach’ werden daar bewaard……..

Een jaar in een kinderleven is een lange tijd …..zeer lange tijd! en vergetelheid is daar een onderdeel van. Vriendjes komen en gaan op die leeftijd, ruzie kan een oorzaak zijn of een verhuizing, in ieder geval kwam het er op neer dat niemand meer taalde naar het kamperen laat staan naar de ingezamelde conserven enz. De enige die zich er nog wel degelijk van bewust was van wat voor schat er onder ons stapelbed lag was mijn broer. Elke maal als de week langer was dan het loonstrookje van vader was daar weer mijn broer met een blik erwtensoep of appelmoes om het leed te verzachten. De ‘Lach’ werd  niet gedeeld met vader en moeder maar voor eigen bevrediging onder het matras bewaard. Kortom hij groeide op en ontwikkelde zich als een zeer sociaal mens met oog voor de minder bedeelden, ging de strijd graag aan om de rijken te laten delen met de armen. Later toen vader allang was overleden was hij ‘het’ die iedere zondag  zijn opwachting bij moeders maakte tot haar dood aan toe………

‘We zullen woensdag eens skypen! ’……..dat was afgelopen nieuwjaarsdag mijn broers bericht.
Ik ben er van overtuigd dat het hierboven beschreven deeltje van zijn jeugddaden een onschuldige bedoeling heeft gehad maar bedenk me nu toch dat ik hem met terugwerkende kracht ga bedanken voor de paar levenslessen die hij mij onbewust al vroeg heeft voorgehouden.
        
Les 1: Dat politici je vaak een (Hema) worst voor houden om er toch zelf veel te kunnen kopen.
Les 2: Iets sparen wel een deugd kan zijn maar een ander er mee kan gaan lopen. 
Les 3: Dat je bij inzamelingsacties niet altijd moet denken dat alles op de juiste plaats terecht kom
Les 4: Een sociaal idealisme goed is om voor te strijden, als je er zeker van bent dat jezelf niet te kort komt.


Hij gaat mij ongetwijfeld een ‘Gelukkig Nieuwjaar’ wensen….bijgedragen aan mijn gelukkige jeugd heeft hij al gedaan!